Leren van Kifid-uitspraken
(Uit Ken je vak! VVP 4-2022)
Benzine in plaats van diesel
CAMPERVERZEKERING – De consument heeft verkeerde brandstof getankt waardoor schade is ontstaan aan de motor van de kampeerauto. Partijen verschillen van mening of de schade is ontstaan als gevolg van een plotseling en van buiten komend onheil. De Geschillencommissie oordeelt dat de schade is gedekt. De beslissende gebeurtenis is het tanken geweest. Dit is een plotselinge gebeurtenis. Het toevoegen van de verkeerde brandstof is een van buiten komend onheil. Vordering – 10.715 euro - toegewezen.
De commissie: “De beslissende gebeurtenis voor het ontstaan van de schade is het ongemerkt tanken van de verkeerde brandstof geweest. Deze gebeurtenis is naar het oordeel van de commissie plotseling omdat de tijdspanne van het tanken gering is. Partijen verschillen er niet over van mening dat het toevoegen van de verkeerde brandstof van buiten komend is. Dit brengt mee dat sprake is van een plotseling van buiten komend onheil. Hieraan doet niet af dat de schade aan de motor feitelijk niet direct is ontstaan maar pas nadat enkele kilometers met de kampeerauto is gereden.
“De oorzaak is niet, zoals de verzekeraar betoogt, gelegen in een proces. In het geheel is het tanken van de verkeerde brandstof de beslissende factor. Voor dekking onder artikel 2 van de voorwaarden is niet vereist dat de schade plotseling is ontstaan maar dat het gaat om een plotseling van buiten komend onheil. Ook het argument van de verzekeraar dat het moet gaat om een onheil passend in het rijtje van de in artikel 2 genoemde gebeurtenissen, gaat niet op. Die lezing volgt niet uit de betreffende bepaling.” – Uitspraak GC 2022-0600
Ongelukkige samenloop
AVP – De consument heeft zijn schoondochter geholpen met verhuizen. De consument heeft per abuis zakken met spullen die moesten worden meeverhuisd, naar de stort gebracht. De consument klaagt dat de gevolmachtigde heeft geweigerd de schade te vergoeden. De Geschillencommissie is van oordeel dat de consument niet aansprakelijk is voor de door de benadeelde geleden schade en dat de gevolmachtigde niet gehouden is om de schade te vergoeden. De vordering (944,04 euro) wordt afgewezen.
De commissie: “De criteria voor aansprakelijkheid op basis van onrechtmatige daad zijn: een onrechtmatige daad, toerekenbaarheid, schade en causaal verband. Uit artikel 6:162 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek blijkt dat een onrechtmatige daad kan bestaan uit een inbreuk op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt. In de onderhavige kwestie is er geen sprake van een inbreuk door de consument op een recht van de benadeelde en de consument heeft niet in strijd gehandeld met een wettelijke plicht.
“Dan resteert nog de vraag of de consument in strijd met een ongeschreven zorgvuldigheidsnorm heeft gehandeld richting de benadeelde. De commissie overweegt dat een gedraging niet onrechtmatig wordt alleen omdat met de gedraging schade is veroorzaakt. Een gedraging is onrechtmatig wanneer de schade als gevolg van het gedrag zo waarschijnlijk is, dat de dader zich op basis van zorgvuldigheid van dat gedrag had moeten weerhouden. De commissie is van oordeel dat in onderhavig geval de schade lijkt te zijn veroorzaakt door een ongelukkige samenloop van omstandigheden, namelijk dat zowel de spullen die meeverhuisd moesten worden, als de spullen die naar de stort moesten in zakken zaten en niet onderscheidend (genoeg) waren. Niet (voldoende) gesteld of gebleken is dat de schade ook zou zijn ontstaan als spullen op duidelijk wijze van elkaar waren gescheiden. De commissie neemt dan ook niet aan dat de mate van waarschijnlijkheid van schade zo groot was dat de consument zich had moeten onthouden van het wegbrengen van de zakken naar de stort. De conclusie is dat de consument niet aansprakelijk is voor de door de benadeelde geleden schade en dat de gevolmachtigde niet gehouden is om de schade te vergoeden.” – Uitspraak GC 2022-0572
Reactie toevoegen
Meer over
Consument moet zelf zorgen dat hij gesprek met adviseur goed kan volgen
(Kifid-uitspraak GC 2023-0320) Het ligt op de weg van de consument om ervoor te zorgen dat hij het gesprek met de financieel adviseur goed kan volgen. De Geschillencommissie:...
Adviesrapport niet te laat gestuurd
(Kifid-uitspraak GC 2023-0316) De consumenten ontvingen het adviesrapport van hun hypotheekadviseur pas nadat zij de offerte van hun geldverstrekker al hadden ondertekend....
Inruilverlies voor eigen rekening klant
(Kifid-uitspraak GC 2023-0303) De verzekeraar dient naar het oordeel van de Geschillencommissie een redelijke termijn te worden geboden om een fout te herstellen....
Afsluiten is aanschaf, niet beëindiging product
(Kifid-uitspraak GC 2023-0306) Partijen verschillen van mening over de inhoud van de overeenkomst. Volgens de consumenten zou de adviseur vier kapitaalverzekeringen...
(Kifid-uitspraak GC 2023-0299) De consument vordert vergoeding van zijn schade die is ontstaan doordat boomwortels in de rioolbuis van zijn woning zijn gegroeid....
Schade niet berekend aan hand teleurgestelde verwachting
(Kifid-uitspraak GC 2023-0290) De consument heeft zich tot de adviseur (Heilbron Wijchen) gewend voor een tweede hypotheek. Niet ter discussie staat dat de adviseur...
Moet adviseur adviesrapport verstrekken?
HYPOTHEKEN – Niet ter discussie staat dat een adviseur een passend advies moet uitbrengen. De vraag is of dit advies voorafgaand aan de beslissing van de klant...
Adviseur verantwoordelijk voor kennen acceptatievoorwaarden
HYPOTHEKEN – Consumenten in deze klacht wensen een recreatiewoning te bouwen en willen hiervoor een financiering. Via een onafhankelijk financieel adviseur...
Adviseur meldde te laat dat hij niet kon bemiddelen
HYPOTHEKEN – Het is de adviseur (Advitas) naar het oordeel van de Geschillencommissie aan te rekenen dat hij de consument niet direct of zo spoedig mogelijk...
Verzekeraar hoeft geen excuses aan te bieden
EXCUSES – De Geschillencommissie kan niet beslissen over het al dan niet aanbieden van excuses door in dit geval de verzekeraar. Naar het oordeel van de commissie...