Persoonlijk pensioen

SER logo

De politieke partijen die aan de formatietafel zitten willen alle vier naar een vorm van ‘persoonlijk’ pensioensparen. Ook de SER koerst naar een nieuw stelsel waarin eigen potjes hand in hand gaan met collectieve risicodeling. De keuze voor de modeterm persoonlijk’ is vragen om misverstanden. “Je kunt geen geld opnemen uit je pensioenpotje.”

In een stelsel met individuelere pensioenen gaan deelnemers in principe in eigen potjes sparen, al dan niet gecombineerd met collectieve buffers. Ze kunnen in die potjes zien wat ze aan pensioen hebben opgebouwd. Op dit moment krijgen deelnemers in hun upo alleen een prognose van wat ze op basis van hun arbeidscontract kunnen verwachten aan pensioen. Door mensen te laten zien welk bedrag ze gespaard hebben, hopen de politiek en de SER het vertrouwen in het stelsel weer te herstellen. Het recente experiment met een ‘persoonlijke pensioenpot’ van het ABP laat ook zien dat deelnemers meer interesse krijgen in hun pensioen als ze zien wat ze hebben ‘opgebouwd’.

Tot zover het goede nieuws. Keerzijde is dat de term ‘persoonlijk’ al snel tot misverstanden leidt. Want nee, een ‘persoonlijke pensioenpot’ is niet te vergelijken met een (persoonlijke) betaalrekening waar je naar eigen inzicht geld van opneemt. En nee, een ‘persoonlijk pensioen’ krijg je niet in één keer uitgekeerd als de hoofdprijs in een loterij. En ook dwingt een ‘persoonlijk pensioen’ mensen niet tot het maken van ingewikkelde keuzes, waar ze de gevolgen niet van kunnen overzien.

Over die vele misverstanden schrijft de Tilburgse econoom – en eminent pensioenkenner –Lans Bovenberg een mooi stuk in het laatste nummer van de Verbondsuitgave Verzekerd! “Het is kennelijk moeilijk uit te leggen dat een goed pensioenstelsel individuele en collectieve elementen combineert", aldus Bovenberg. Persoonlijk pensioenvermogen houdt in dat beleggingsopbrengsten individueel worden toebedeeld, maar actuariële risico’s worden nog steeds collectief gedeeld. "Meer helderheid over hoe je pensioen wordt opgebouwd, is hard nodig. Het wantrouwen dat de ouderen ‘jouw’ pot leegeten, moet weg. Met een persoonlijke pot kun je laten zien wat er elk jaar voor je wordt ingelegd, en hoe de beleggingsprestaties zich verhouden tot het beloofde risicoprofiel. Je laat dus zien of klopt wat je van tevoren hebt beloofd.”

Hogere hekken, betere buren

Volgens Bovenberg is een persoonlijke pensioenpot te vergelijken met een auto. “Er zit een stuk boven en een stuk onder de motorkap. Boven de kap zit de communicatie richting de deelnemers. Die moet eerlijk en transparant zijn, en vooral gericht zijn op het verwachte eindplaatje en de onzekerheid daaromheen. Pensioen gaat gepaard met onzekerheid en dus kan het in slechte tijden tegenvallen. Het helpt dan als een uitvoerder jou vertelt hoe je daarmee om kunt gaan. Verder blijft de persoonlijke pensioenpot dicht bij het huidige uitkeringsstelsel als het om de communicatie gaat.

“Onder de motorkap zit de techniek, oftewel de eigendomsrechten. Die rechten heb ik wel eens aangeduid als ‘hogere hekken – betere buren’. Als helder is wat van wie is, krijg je minder snel ruzie. Dat geldt voor buren, maar dat geldt ook voor ons pensioenstelsel. Iedereen kan in een dergelijk systeem nagaan hoe zijn of haar pensioen tot stand komt. Daarmee halen we het wantrouwen weg dat generaties door anderen tekort worden gedaan. Zo koesteren we de collectiviteit die ons waardevolle sociale bescherming biedt.”

Reactie toevoegen

 
Editie
Meer over
Economie terug naar het hart van de school

Economie terug naar het hart van de school

Lans Bovenberg, hoogleraar Economie aan de Universiteit van Tilburg, loopt al jaren rond met een bijzondere droom: hij wil het economieonderwijs op de middelbare...