Adviseur hoefde niet te weten van muntenverzameling

Munten via Pixabay

(Rechtspraak) Van de financieel adviseur kan en mag in algemene zin worden gevergd dat hij actief waakt voor onderverzekering. Onder de gegeven omstandigheden had hij evenwel niet meer kunnen doen dan een algemene vraag stellen of er nog verdere kostbaarheden zijn die (niet onder de kostbaarhedenverzekeringen maar) onder de inboedelverzekering vallen. Met de rechtbank acht het hof niet voldoende onderbouwd dat op zo’n algemene vraag, [appellant] (of zijn medewerkers) het antwoord zou hebben gegeven dat de muntenverzameling onder de inboedelverzekering viel en dat die waarde zou (kunnen) zijn gestegen.

Op 8 juli 2019 heeft er een roofoverval in de woning van [appellant] plaatsgevonden en is onder meer zijn muntenverzameling gestolen. De expert van a.s.r. heeft de waarde van de verzameling getaxeerd op 96.570 euro. De verzekeraar heeft op grond van de inboedelverzekering voor de gestolen munten een bedrag van 27.000 euro aan [appellant] uitgekeerd. [Appellant] heeft [geïntimeerde] bij brief van 1 november 2019 voor de schade wegens onderverzekering van 69.570 euro aansprakelijk gesteld.

Het hof: “De verplichting van [geïntimeerde] om actief te waken over de belangen van [appellant] is beperkt tot die belangen van [appellant] die bij [geïntimeerde] bekend waren of redelijkerwijs bekend hoorden te zijn. [Appellant] stelt niet dat hij ooit met [geïntimeerde] – of met [persoon A] – de muntenverzameling heeft besproken, zodat in dit geschil vast staat dat het bestaan en (daarmee ook) de waarde van de muntenverzameling niet bekend waren bij [geïntimeerde]. Naast de inboedelverzekering heeft [appellant] ook een (nieuwe) kostbaarhedenverzekering gesloten, voor juwelen, horloges, kunst en antiek. Onder die omstandigheden ligt de vraag naar ‘antiek, kunst en verzamelingen’ die daarbuiten (en daarmee dus ‘gewoon’ onder de inboedelverzekering) zouden vallen niet voor de hand.

“Een rol speelt daarbij ook dat de nieuwe kostbaarhedenverzekering gesloten werd via tussenkomst van een andere assurantieadviseur, waardoor [geïntimeerde] – ook door de geringe eigen contacten met [appellant] – niet veel meer kon doen dan de polisvoorwaarden van die nieuwe kostbaarhedenverzekering op te vragen bij [appellant]. De kernvraag in dit geschil is dan of het bestaan en de waarde van de muntenverzameling bij [geïntimeerde] wel bekend hadden behoren te zijn doordat een redelijke handelend assurantietussenpersoon actief bij zijn klant navraag zou hebben gedaan naar antiek, kunst en verzamelingen onder de inboedelverzekering.

“Waar [geïntimeerde] niet wist van het bestaan van de muntenverzameling, kan zeker niet van hem worden gevergd dat hij uit zichzelf zou hebben gevraagd naar de omvang en de waardestijging daarvan. Omdat onder de inboedelverzekering verzamelingen alleen tot de in de inboedelwaardemeter genoemde standaard maximale bedragen van 12.000 euro en 15.000 euro verzekerd waren, is – anders dan [appellant] stelt – de hoogte van die bedragen voor [geïntimeerde] ook geen aanwijzing geweest dat er een waardevolle verzameling onder de verzekering viel en dat het op zijn weg had gelegen om als redelijk handelend en redelijk bekwaam assurantietussenpersoon te vragen naar de waardeontwikkeling daarvan. Van een zorgplichtschending is derhalve geen sprake.

“Het voorgaande laat onverlet dat van [geïntimeerde] in algemene zin kan en mag worden gevergd dat hij actief waakt voor onderverzekering. Onder de gegeven omstandigheden had hij evenwel niet meer kunnen doen dan een algemene vraag stellen of er nog verdere kostbaarheden zijn die (niet onder de kostbaarhedenverzekeringen maar) onder de inboedelverzekering vallen. Met de rechtbank acht het hof niet voldoende onderbouwd dat op zo’n algemene vraag, [appellant] (of zijn medewerkers) het antwoord zou hebben gegeven dat de muntenverzameling onder de inboedelverzekering viel en dat die waarde zou (kunnen) zijn gestegen.”

 

 

Reactie toevoegen

 

Reacties

Berend Tooms - Tooms Beheer 16 mei 2023

Terecht en/of bijzonder? Je zou kunnen lezen dat de adviseur “vrijgesproken” werd mede omdat er weinig contact was geweest met de klant. Nou, dat is dan een behoorlijke meevaller voor al die kantoren met bakken, digitale mapjes tegenwoordig, klanten hebben die al even in de vergetelheid zijn geraakt. Reden oa: onvoldoende belang, onvoldoende bezetting, veel communicatie rechtstreeks door verzekeraar, geen vermogen (lees software etc) om het eea te organiseren. Heel (te) kort (door de bocht): geen tijd voor, het loont soms niet. Hoe begrijpelijk ook, het zijn wel klanten en ze hebben rechten, uiteraard ook plichten, maar veel initiatief dient m.i. van de adviseur uit te gaan. Hij/zij dient vragen te stellen, situaties te schetsen die wellicht (nog) niet van toepassing zijn, maar wellicht de klant wel een beeld geven van wat wel/niet/mogelijk een moment is waarop ie aan de bel moet trekken. Daar wordt de adviseur in deze uitspraak van ontlast, of is dat ook te kort door de bocht.

Meer over
Adviseur moet alle relevante scenario's bespreken

Adviseur moet alle relevante scenario's bespreken

(Kifid-uitspraak GC 2024-0321) Rabobank heeft aangevoerd dat van haar niet verwacht kan worden dat zij alle toekomstige, soms zelfs onaannemelijke, scenario’s...

Gemeente Baarn mocht bijstand terug vorderen na letselschade-uitkering

Gemeente Baarn mocht bijstand terug vorderen na letselschade-uitkering

(Rechtspraak) Eiseres heeft voorafgaand aan de bijstandsuitkering een ongeval met de fiets gehad. De afwikkeling van de schadeclaim bij de verzekeraar heeft een...

Niet schuld adviseur dat geldverstrekker niet meewerkt

Niet schuld adviseur dat geldverstrekker niet meewerkt

(Kifid-uitspraak GC 2024-0302) De consument en haar (inmiddels overleden) echtgenoot hebben in het verleden via de adviseur een hypothecaire geldlening afgesloten....

Zorgplicht reikt verder dan je denkt

Zorgplicht reikt verder dan je denkt

(Rubriek 'Jouw vakbekwaamheid' door Lindenhaeghe in Ken je vak! VVP 2-2024) Een klant neemt gedurende zijn leven meerdere financiële beslissingen, maar voor...

Zes maanden voorwaardelijk en taakstraf voor hypotheekfraude

Zes maanden voorwaardelijk en taakstraf voor hypotheekfraude

(Rechtspraak) Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan hypotheekfraude. Door gebruik te maken van valse werkgeversverklaringen, salarisspecificaties en arbeidsovereenkomsten...

Hypotheekadviseur had moeten wijzen op knelpunten

Hypotheekadviseur had moeten wijzen op knelpunten

(Kifid-uitspraak GC 2024-0268) De Geschillencommissie acht het voldoende aannemelijk dat de consument door de fout van de adviseur een gunstiger rente is misgelopen. Volgens...

Voor eigen rekening...

Voor eigen rekening...

(Kifid-uitspraak GC 2024-0235) De consument heeft zich voor advies in verband met de mogelijke aankoop van een beleggingspand tot de adviseur gewend. Hierbij is...

Adviseur heeft geen resultaatsverplichting

Adviseur heeft geen resultaatsverplichting

(Kifid-uitspraak GC 2024-0240) De financieringsaanvraag van de consumenten is door de geldverstrekker afgewezen omdat het onderpand niet paste binnen de acceptatievoorwaarden....

Adviseur wees onvoldoende op risico's overbruggingskrediet

Adviseur wees onvoldoende op risico's overbruggingskrediet

(Kifid-tussenuitspraak GC 2024-231A) De Geschillencommissie is van oordeel dat de adviseur de consumenten in de gegeven omstandigheden onvoldoende heeft gewezen...

NZa treedt op tegen zorgverzekeraars voor niet nakomen zorgplicht

NZa treedt op tegen zorgverzekeraars voor niet nakomen zorgplicht

De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) legt twee zorgverzekeraars een formele maatregel op voor het niet nakomen van hun zorgplicht. De NZa onderzocht de grootste zorgverzekeraar...