Kifid: rentevoorstel verlopen, adviseur niet aansprakelijk
(Kifid-uitspraak GC 2024-0628). Volgens de consumenten kunnen zij geen aanspraak maken op het rentevoorstel van de geldverstrekker doordat Rijnders Assurantiën tekortgeschoten is in zijn contacten met de geldverstrekker en met de consumenten. Nu hebben zij een geldlening tegen een hogere rente moeten sluiten. Zij vorderen vergoeding van het renteverschil, vermeerderd met de wettelijke rente en een vergoeding voor het maken van de schadeberekening. De adviseur heeft betwist dat hij iets had kunnen doen om de rente vast te houden.
Begin 2022 hebben de consumenten de adviseur ingeschakeld voor advies en bemiddeling voor een hypothecaire geldlening voor een nieuwbouwwoning. De consumenten en de adviseur hebben in februari 2022 contact gehad over het juiste moment om een offerte op te vragen. Het bouwproject is een CPO-project, een project waarbij meerdere particuliere opdrachtgevers zich verenigen. De adviseur heeft erop gewezen dat dit invloed heeft op de
mogelijkheden. Hij heeft aangeraden voor een geldverstrekker te kiezen die een rentevoorstel kan uitbrengen met een langere geldigheidsduur, van zes weken. De adviseur heeft op 1 maart 2022 een offerte voor een hypothecaire geldlening opgevraagd bij een geldverstrekker.
De geldverstrekker heeft op 1 maart 2022 een rentevoorstel uitgebracht aan de consumenten, voor een hypothecaire geldlening van € 375.000,-, met een rente van 2,05%, een rentevaste periode van 20 jaar en een looptijd van 30 jaar. De bruto maandlasten hiervoor zouden € 1.398,28 bedragen. De rente was gegarandeerd tot 12 april. Ook de adviseur heeft deze datum doorgegeven.
Op 4 april 2022 heeft de adviseur navraag gedaan bij de consumenten over de gesprekken met de aannemer. De consumenten hebben dezelfde dag geantwoord dat de verwachting is dat de koopovereenkomst van de grond rond 15 april definitief is en dat de omgevingsvergunning dan ook in orde zou moeten zijn. Op 8 april 2022 heeft de adviseur de consumenten weer gemaild en genoemd dat de aanneemovereenkomst en de specificatie van het meerwerk nog moeten worden aangeleverd. De consumenten hebben daarop geantwoord dat zij de aanneemovereenkomst halverwege de week erna verwachtten en dat zij nu op vakantie waren.
De datum van 12 april is niet gehaald. De geldverstrekker kijkt vervolgens of het rentevoorstel dan nog wel gehandhaafd kan worden. De consumenten leveren de laatste stukken begin mei aan.
Op 21 juni 2022 heeft de geldverstrekker een bindende offerte uitgebracht aan de consumenten. Die offerte bevatte niet de rente uit het rentevoorstel, maar de actuele rente, die hoger was.
De adviseur heeft, via de serviceprovider, de geldverstrekker verzocht om de rente uit het rentevoorstel aan te bieden, maar dit wordt afgewezen.
De consumenten hebben uiteindelijk een hypothecaire geldlening afgesloten bij een andere geldverstrekker. Dit is een hypothecaire geldlening met een leningdeel van € 350.500,- (annuïteiten, rente 3,46%, rentevaste periode 20 jaar en looptijd 30 jaar) en een leningdeel van € 17.000,- (annuïteiten, rente 2,97%, rentevaste periode 5 jaar en looptijd 30 jaar). In totaal bedragen de bruto maandelijkse lasten € 1.637,49.
De nieuwe buren van de consumenten, in hetzelfde bouwproject, hebben medio februari 2022 via een andere hypotheekadviseur een offerte aangevraagd bij dezelfde geldverstrekker, de geldverstrekker bij wie de adviseur voor de consumenten de eerste offerte had opgevraagd. Op 23 juni 2022 ontvingen zij een offerte voor een annuïteitenhypotheek met een rente van 4,4%. Een dag later ontvingen zij ter vervanging een nieuwe offerte van
de geldverstrekker, met een rente van 2,29%.
De klacht van de consumenten houdt in dat de adviseur hun belangen onvoldoende heeft behartigd, waardoor zij niet de rente van maart 2022 hebben gekregen. Hij heeft volgens de consumenten niet tijdig en adequaat gereageerd op hun vragen en ook niet tijdig en adequaat de nodige stappen genomen, zoals het aanvragen van verlenging bij de geldverstrekker. Hij heeft de consumenten bovendien niet volledig en tijdig geïnformeerd over mogelijkheden en risico’s ten aanzien van het aflopen van de geldigheid van het rentevoorstel.
Dat de stukken niet tijdig gereed waren, kwam door de gemeente. De nieuwe buren van de consumenten hebben in dezelfde situatie, met behandeling door een andere financieel adviseur, wel het lagere rentepercentage voor hun lening gekregen.
Nadat het rentevoorstel van de geldverstrekker was vervallen, heeft de adviseur dat bovendien niet kenbaar gemaakt aan de consumenten. In de e-mailcorrespondentie vanaf 13 april 2022 heeft hij niet duidelijk gemaakt dat het aanbod niet is verlengd.
De consumenten vorderen dat de adviseur hun schade vergoedt, vermeerderd met de wettelijke rente over € 4.066,- vanaf 27 juni 2022. Die schade bestaat uit het renteverschil tussen de geldverstrekker en de tweede geldverstrekker. De consumenten hebben een schadeberekening laten opstellen en de schade bedraagt € 23.371,-. Ook vorderen de consumenten vergoeding voor de kosten voor het laten opmaken van de schade-
berekening, van € 824,62.
De commissie is van oordeel dat het optreden van de adviseur er niet voor gezorgd heeft dat de consumenten een hogere rente hebben dan de rente uit het rentevoorstel. Hun vordering wordt afgewezen.
Reactie toevoegen
Kifid: beëindiing klantrelatie door Rabobank onaanvaardbaar
(Kifid-uitspraak GC 2025-0072) De Rabobank verdenkt een consument van het plegen van hypotheekfraude en registreert de persoonsgegevens van de consument voor de...
Carola le Poole versterkt Geschillencommissie Kifid
Carola le Poole wordt per 1 februari benoemd tot lid van de Geschillencommissie. Zij vervult deze functie als nevenfunctie. De leden van de Geschillencommissie...
Kifid: geen reactie, geen renteherziening
(Kifid-uitspraak GC 2025-0006) Consumenten hebben in 2019 van Florius een renteherzieningsaanbod ontvangen, waarop ze niet hebben gereageerd. Hierop heeft Florius...
Kifid: hypotheekverstrekker hoeft risico-opslag niet uit zichzelf te verlagen
(Kifid-uitspraak GC 2024-1071) Wanneer een woning meer waard wordt, verandert de verhouding tussen de hoogte van de hypothecaire lening en de waarde van de woning....
(Kifid-uitspraak GC 2024-1062) Een consument is haar ring verloren bij het zwemmen in zee. Centraal Beheer wijst de claim af omdat zij niet de normale voorzichtigheid...
Kifid: consument maakt terecht bezwaar tegen BKR-registratie
(Kifid-uitspraak GC 2024-0999) De consument maakt bezwaar tegen de BKR-registratie (achterstandscode A) op haar naam in het CKI en vordert verwijdering daarvan. Wat...
Kifid: langere wachttijden garage; geen recht op langer vervangend vervoer
(Kifid-uitspraak GC 2024-1000) De consument heeft een eenzijdige aanrijding gehad. De vaststelling van de schade op basis van totaal verlies heeft vier weken geduurd....
Kifid: schade door vochtdoorlating door bouwfouten niet gedekt
(Kifid-uitspraak GC 2024-0878, bindend) De consument heeft op 6 januari 2024 een schade gemeld onder zijn woonhuisverzekering bij Achmea. De consument heeft gemeld...
Kifid: premiestijging Promovendum niet onaanvaardbaar
(Kifid-uitspraak GC 2024-0707) De consument is het niet eens met de premiestijging per contract-vervaldatum en is van mening dat de premiestijging naar maatstaven...
Kifid benoemt twee nieuwe leden Geschillencommissie
Het bestuur van Kifid heeft twee nieuwe leden van de Geschillencommissie benoemd: mr. Angélique M. Verweij-Hoogveld en mr. Marijke Bruning. Beiden treden...