Klager vordert vergeefs 51.250 euro overwaarde

1. 21 september 2022
2. 0 reacties

(Kifid-uitspraak GC 2022-0772) De consument was in de veronderstelling dat hij in 2008 mede eigenaar is geworden van de woning van zijn toenmalige partner. Bij de scheiding bleek hij geen mede-eigenaar te zijn en stelt de adviseur aansprakelijk voor zijn schade, resulterend in het niet in aanmerking komen voor de overwaarde van de woning toen de woning werd verkocht. De Geschillencommissie kan “op basis van de verkregen informatie naar alle redelijkheid en billijkheid onvoldoende vaststellen dat de adviseur niet heeft gehandeld als een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur. De conclusie dient dan ook te luiden dat op basis van het dossier de klacht ongegrond moet worden geacht en de daarop gebaseerde vordering niet kan worden toegewezen”.

De consument vorderde 51.250 euro, zijnde de helft van de overwaarde van het appartement.

Volgens de adviseur waren de financiën van de consument niet toereikend om de overdrachtsbelasting en andere kosten te betalen voor het mede-eigenaarschap. Over de kosten is met de consument en zijn ex-partner gesproken. De consument heeft de adviseur niet geïnformeerd over eventuele eigen bestaande financiële middelen.

Verder staat duidelijk in de akte dat hij alleen een medeverbintenis is aangegaan en geen mede-eigendom. Er zijn volgens de adviseur geen redenen om aan te nemen dat partijen niet begrepen hebben dat alleen sprake was van garantstelling.

Reactie toevoegen

Naam

E-mailadres

Reactie

Organisatie

Telefoonnummer

VVPVIP HypothekenVVP Innovatie PlatformVIP SchadeVVP Twitter

Toevoegen 

Abonnement aanvragen