NN moet schade vergoeden na val van gehuurd paard
(Rechtspraak) Het beroep van de verzekeraar op de preventieve garantievoorwaarde is naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar, aangezien er geen causaal verband bestaat met het ongeval. Aldus bekrachtigt het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch eerder tussenvonnis
Mevrouw [persoon A] is tijdens een bosrit van het gehuurde paard gevallen. Zij heeft ernstig letsel opgelopen en heeft [geïntimeerde] aansprakelijk gesteld voor haar schade.
Kern van het geschil is de vraag of Nationale-Nederlanden dekking moet verlenen op grond van de tussen partijen gesloten verzekeringsovereenkomst. Meer in het bijzonder gaat het daarbij om de vraag of NN terecht een beroep doet op de clausule L656B. Die clausule ziet op de situatie van aansprakelijkheid van [geïntimeerde] voor schade die verband houdt met verhuur van rijpaarden.
Het hof oordeelt als volgt: “Dat de begeleide bosrit van 7 april 2018 een of meer leselementen bevatte en daarmee (ook) het karakter had van een rijles, laat onverlet dat daarnaast in ieder geval sprake was van verhuur van paarden. Niet in geschil is immers dat [persoon A] tegen betaling gebruik maakte van een door [geïntimeerde] aan haar ter beschikking gesteld paard. De stellingen van [geïntimeerde] over de aard van de buitenrit zijn in die context niet voldoende om te oordelen dat uitsluitend sprake was van een rijles in de zin van de polisvoorwaarden. Dat betekent dat de buitenrit waar het hier om gaat (ook) valt onder verhuur van rijpaarden zodat voorwaarde L656B (de verhuurclausule) van toepassing is.”
Op grond van de verhuurclausule moest [persoon A] als huurder (berijder) beschikken over een FNRS-diploma, een KNHS-lidmaatschapskaart of een ruiterbewijs van de Stichting Recreatie Ruiter en dat deed zij niet.
Het hof “volgt [geïntimeerde] in zijn stelling dat het alleszins aannemelijk is dat ook een persoon met een ruiterbewijs van het paard zou zijn gevallen in een uitzonderlijke situatie als de onderhavige, waarbij door het gedrag van een derde, in dit geval een toevallige mountainbiker die over het ruiterpad dicht langs de paarden door de bladeren reed, bij de paarden een heftige schrikreactie is veroorzaakt waardoor zij op hol zijn geslagen. Daarbij moet bedacht worden dat wanneer een paard op hol slaat sprake is van een onverwachte plotseling krachtige beweging van het paard (terwijl de rit tot dan toe stapvoets plaatsvond) zodat aannemelijk is dat ook voor een ervaren ruiter niet te voorkomen was geweest dat hij van het paard was gevallen. Er zijn onvoldoende feiten of omstandigheden naar voren gebracht waaruit kan worden afgeleid dat [persoon A] een fout heeft gemaakt als berijder van het paard, of dat als [persoon A] wel over een ruiterbewijs zou hebben beschikt, zij niet zou zijn gevallen nadat het paard geschrokken is. Het beroep van Nationale-Nederlanden dat [persoon A] geen ruiterbewijs had, is naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid dan ook onaanvaardbaar omdat dat feit geen verband houdt met de val van [persoon A] . Dat betekent dat Nationale-Nederlanden gehouden is dekking te verlenen.”
Reactie toevoegen
Meer over
De Vereende brandt vingers aan pelletkachel
(Rechtspraak) De kantonrechter veronderstelt het van algemene bekendheid dat het nogal wat uitmaakt voor het gevaar op brand of een pelletkachel huiselijk of industrieel...
Schade door piraten niet voor rekening tussenpersoon
(Rechtspraak) Ook in hoger beroep is het de scheepvaartmaatschappij niet gelukt een deel van de schade als gevolg van piraterij te verhalen op Noord-Nederlandse...
Eigen schuld, dikke bult (of eigenlijk: nat pak)
(Rechtspraak) Een wielrenner belandde in de Amstel, omdat zijn voorganger schrok van een hond en abrupt remde. De hond (of eigenlijk de eigenaar) valt volgens de...
Strafrechtelijke veroordeling mocht worden genoemd maar niet verwerkt
(Rechtspraak) Promovendum mocht tegenover een klant refereren aan de strafrechtelijke veroordeling van de contra-expert die de klant wilde inschakelen. Promovendum...
Bv moet btw aan reparateur betalen
(Rechtspraak) Reparatie aanrijdingsschade. De vordering op de verzekeraar is gecedeerd aan de reparateur. De verzekeraar vergoedt de btw niet, omdat de auto op naam...
Rechtbank slaat eis Golden Egg stuk
(Rechtspraak) Losse bouwmaterialen kunnen niet aangemerkt worden als functionele inrichting. Geen verzekeringsdekking na brandschade. Op 16 april 2020 is brand...
Werkgever na ongeval aansprakelijk, of er nu wel of geen arbeidsovereenkomst is
(Rechtspraak) Een pizzakoerier krijgt tijdens het bezorgen een eenzijdig auto-ongeval. Hij bespreekt de pizzeria (op grond van artikel 7:658 BW subsidiair artikel...
(Rechtspraak) NN moet 44.800 euro meer vergoeden aan een organisatie van evenementen dan zij in eerste instantie deed. Tot dat oordeel komt de Rechtbank Den Haag. In...
Vermoeden van ADHD volstaat om aanvraag af te mogen wijzen
(Rechtspraak) Ook in hoger beroep luidt het oordeel dat appellant zich had moeten realiseren dat zijn klachten - concentratieproblemen, onrust en impulsiviteit -...
Tussenpersoon is geen medisch adviseur
(Rechtspraak) Eiser – beticht van schending van de mededelingsplicht - stelt zich op het standpunt dat het op de weg van de tussenpersoon had gelegen om hem...