Wijzigingsbesluit financiële markten 2019 aangeboden

Wopke Hoekstra 1 2017 foto Financiën

Minister Hoekstra heeft het ontwerp van het Wijzigingsbesluit financiële markten 2019 aangeboden aan de Tweede Kamer. Met dit verzamelbesluit wordt voorzien in voorschriften voor banken en betaaldienstverleners tijdens het productieproces op grond van het BGfo en in een aanvullende uitzondering voor kleine niet-geldelijke provisies te ontvangen door beleggingsondernemingen. Ook wordt in het BGfo het instemmingsrecht van de minister van Financiën met betrekking tot de benoeming van de leden van de geschillenbeslechtingsorganen beperkt tot de voorzitters van deze organen.

Hoekstra met betrekking tot het eerste punt: "De financiële dienstverlener als distributeur heeft een eigen verantwoordelijkheid voor het bepalen van de doelgroep en het bepalen voor wie het financieel product niet geschikt is. De distributeur kan de informatie die hij heeft ontvangen van de aanbieder van het financieel product en de informatie van zijn eigen cliënten gebruiken om de doelgroep en de distributiestrategie te bepalen. Op deze manier wordt rekening gehouden met de belangen van de klant. Vervolgens dient de distributeur indien hij adviseert, te beoordelen of het financieel product ook geschikt is voor de individuele klant. De distributeur dient relevante informatie over de distributie van de betaalrekening, het krediet of de spaarrekening aan de financiële onderneming te verstrekken die het desbetreffende financieel product aanbiedt. Op deze manier kan de aanbieder van het financieel product de doelgroep of distributiestrategie aanpassen."

IPID

Het wijzigingsbesluit benadrukt verder dat degene die het klantcontact heeft het informatiedocument voor schadeverzekeringen IPID aan de klant moet verstrekken.

De minister: "Het IPID dient te worden verstrekt door de financiële dienstverlener die rechtstreeks contact heeft met de cliënt, voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst. Het IPID kan ook via de website worden verstrekt indien de cliënt hiervoor toestemming heeft gegeven. De cliënt dient elektronisch op de hoogte wordt gesteld van het adres van de website en de plaats op de website waar de informatie kan worden verkregen (zie artikel 49a BGfo). Het vierde lid is aan artikel 65b toegevoegd om duidelijk te maken dat degene die het klantcontact heeft, het IPID aan de klant moet verstrekken. Dit voorkomt dat zowel de aanbieder als de bemiddelaar in verzekeringen in de veronderstelling zijn dat de ander het IPID wel aan de cliënt geeft. Deze bepaling is reeds opgenomen in artikel 4:21 van de Wft voor het verstrekken van informatie, maar omdat artikel 65b Bgfo gebaseerd is op artikel 4:22 Wft geldt artikel 4:21 Wft niet."

 

Reactie toevoegen

 
Meer over
Vijf van zes onderzochte GA’s leefde PARP-normen niet goed na

Vijf van zes onderzochte GA’s leefde PARP-normen niet goed na

Uit AFM-onderzoekvorig jaar bleek dat vijf van zes onderzochte gevolmachtigden de PARP-normen niet goed naleefden. Dat schrijft de toezichthouder in zijn dinsdag...

Verbond blij met IPID-handvatten AFM

Verbond blij met IPID-handvatten AFM

"Het vinden van de juiste IPID-balans tussen beknoptheid en compleetheid vergt een goede dialoog tussen verzekeraars en toezichthouder." Zo reageert het Verbond...

AFM: "IPID mist vaak belangrijke informatie"

AFM: "IPID mist vaak belangrijke informatie"

Het informatiedocument IPID voor consumenten over wat een verzekering wel en niet dekt en wat de verplichtingen zijn, mist vaak belangrijke informatie. Aldus de...