Kifid verkort BKR-registratie

Register via Pixabay

(Kifid-uitspraak GC 2022-0469) De consument heeft in 2002 een hypothecaire lening afgesloten bij de bank. De consument heeft de woning verkocht met een restschuld. Deze restschuld is geregistreerd in het CKI van Stichting BKR. De consument is met de bank overeengekomen dat zij een bedrag van 12.000 euro ter finale kwijting zou betalen. Dit heeft de consument gedaan. Hierdoor is de lening in het CKI van Stichting BKR de achterstandscodering A met bijzonderheidscodering 3 geregistreerd. De consument betwist de juridische juistheid van deze registraties niet, maar verzoekt de bank om een belangenafweging. De bank heeft deze belangenafweging gemaakt en in het nadeel van de consument geoordeeld. De Geschillencommissie komt tot de conclusie dat de belangenafweging in het voordeel van de consument uitvalt. De commissie ziet voldoende aanleiding om de duur van de registraties te verkorten met een jaar. De vordering wordt gedeeltelijk toegewezen.

Abstract

De commissie “begrijpt de argumenten van de bank, maar ziet ook dat de argumenten van de bank abstract blijven en niet of nauwelijks ingaan op de persoonlijke omstandigheden van de consument die het mogelijk zouden kunnen maken dat de belangenafweging in haar voordeel zou kunnen uitvallen.

“Hoewel financiering van een huis op zich niet hoeft te leiden tot een belangenafweging in het voordeel van de consument en een bewaartermijn van vijf jaar op zichzelf proportioneel is, ziet de commissie in dit specifieke geval persoonlijke omstandigheden die maken dat de belangenafweging in het voordeel van de consument moet uitvallen. Hiermee doelt de commissie op de situatie van de consument in het geheel, namelijk dat het moeilijk is voor de consument om vanwege de handicap van haar zoon een geschikte huurwoning te vinden, wat blijkt uit de onbetwiste stelling van de consument dat zij in de afgelopen paar jaar meerdere keren heeft moeten verhuizen, de actieve houding van de consument richting de bank in de periode 2015 tot en met 2018, het feit dat de inkomenssituatie stabiel is en er geen nieuwe schulden zijn ontstaan, en de duur van de registraties (inmiddels bijna vier jaar). (…) De consument heeft hard gewerkt om uit de schuldensituatie te komen waar zij in zat na de scheiding van haar ex-man in 2015. Uit de bewijzen die de consument heeft overgelegd blijkt ook dat zij de afbetaling uit eigen middelen heeft betaald.

“Deze belangen van de consument maken los van elkaar niet dat de belangenafweging in het voordeel van de consument zou uitvallen, maar gezamenlijk genomen zorgen deze belangen ervoor dat de belangen van de consument in dit individuele geval opwegen tegen de belangen van de bank en andere kredietverschaffers om de registraties te handhaven. Daarbij komt dat de registratie inmiddels nagenoeg vier jaar heeft geduurd en een verkorting van de bewaarperiode van vijf jaar met een jaar naar het oordeel van de commissie in dit geval redelijk is."

Reactie toevoegen

 
Onzorgvuldigheid kost adviseur 20 mille

Onzorgvuldigheid kost adviseur 20 mille

(Kifid-einduitspraak GC 2023-0726B) In de tussenuitspraak heeft de Geschillencommissie geoordeeld dat de adviseur zijn zorgplicht heeft geschonden door na te laten...

Leren van Kifid-uitspraken hypotheken VVP 6-2023

Leren van Kifid-uitspraken hypotheken VVP 6-2023

(Leren van Kifid-uitspraken Hypotheken, Ken je vak! VVP 6-2023) Reikwijdte advies bij nieuwbouw HYPOTHEKEN – De consumenten wenden zich op enig moment...

Inbouwkookplaat is opstal, geen inboedel

Inbouwkookplaat is opstal, geen inboedel

(Kifid-uitspraak GC 2023-0909) Door een gevallen olijffles is er schade ontstaan aan de inbouwkookplaat van de consumenten. De verzekeraar dekt deze schade niet...

Geen schade ondanks premiestijging

Geen schade ondanks premiestijging

(Kifid-uitspraak GC 2023-0893) De verzekeraar heeft de consumenten pas geruime tijd na de renteverlaging van de hypotheek geïnformeerd dat ook de rentevergoeding...

Geen recht op duurzaamheidskorting

Geen recht op duurzaamheidskorting

(Kifid-uitspraak GC 2023-0894) De consument en zijn (inmiddels ex-)partner hebben in 2020 bij Florius een hypothecaire geldlening afgesloten met een rentevastperiode...

Verzaken zorgplicht inzake ORV kost adviseur 156.000 euro

Verzaken zorgplicht inzake ORV kost adviseur 156.000 euro

(Kifid-uitspraak GC 2023-0898) Heeft de adviseur uitvoering gegeven aan zijn waarschuwingsplicht? Uit de beschikbare documentatie blijkt niet dat de adviseur de...

DAS niet gehouden tot vergoeding meerkosten Kifid-procedures

DAS niet gehouden tot vergoeding meerkosten Kifid-procedures

(Rechtspraak) DAS hoeft de advocaatkosten van een klager bij Kifid niet verder te vergoeden dan volgens het Kifid-reglement. Dat oordeelt de kantonrechter. Volgens...

Kifid: maandlastenbeschermer is geen complex product

Kifid: maandlastenbeschermer is geen complex product

(Kifid-uitspraak GC 2023-0886) De consument vindt dat de assurantietussenpersoon zijn zorgplicht heeft geschonden, omdat hij in 2007 heeft geadviseerd een maandbedrag...

Consument klaagt te laat over fout adviseur

Consument klaagt te laat over fout adviseur

(Kifid-uitspraak GC 2023-0887) De consument heeft niet tijdig, nadat zij dit had moeten ontdekken, geklaagd over de door haar gestelde gebrekkige prestatie van de...

Eigenaar gezonken woonark gaat nat bij Kifid

Eigenaar gezonken woonark gaat nat bij Kifid

(Kifid-uitspraak GC 2023-0877) De consument heeft een beroep op de verzekering gedaan nadat zijn woonark is gezonken. De verzekeraar heeft dekking afgewezen, onder...