Adviseur moet wijzen op gevolgen laten verlopen ontbindingsmogelijkheid

Adviseur graphic via Pixabay

(Kifid-uitspraak GC 2022-1022) De consument stelt dat de adviseur is tekortgeschoten in de op haar rustende zorgplicht, omdat zij de consument niet of onvoldoende heeft gewaarschuwd voor de risico’s die hij liep doordat zijn ex-partner niet wilde meewerken aan de verkoop van de woning, dan wel niet wilde tekenen voor een overbruggingskrediet. De adviseur betwist dat sprake is van een tekortkoming. De Geschillencommissie is van oordeel dat de adviseur is tekortgeschoten in de op haar rustende zorgplicht en dat zij dientengevolge een deel van de schade van de consument dient te vergoeden. De vordering wordt dan ook gedeeltelijk toegewezen.

Naar het oordeel van de commissie had de adviseur “op zijn minst met de consument moeten bespreken dat de financiering niet rond zou komen als zijn ex-partner niet wilde meewerken en dat een beroep op de ontbindende voorwaarde gezien de omstandigheden waarschijnlijk verstandig zou zijn. Op 13 mei 2021 had de adviseur duidelijk moeten worden dat de kans op een succesvolle financieringsaanvraag verminderde toen de consument de adviseur op de hoogte stelde van de weigering van de ex-partner om mee te werken aan de verkoop van de woning. Het moge zo zijn dat de consument op dat moment niet uit zichzelf wilde afzien van de aankoop, maar het is juist de adviseur die in zo’n situatie de klant objectief moet adviseren over de ontstane situatie en de (on)mogelijkheden, zodat een zakelijke afweging kan worden gemaakt.

“De adviseur had dan nog bijvoorbeeld een poging kunnen ondernemen om alsnog twee afwijzingen te verkrijgen. Na 13 mei 2021 was er immers nog ruim een week tot de ontbindende voorwaarde op 21 mei 2021 verliep. Met alleen de hypotheekaanvraag die al was gedaan was het niet mogelijk om een afwijzing te verkrijgen. De adviseur had echter alsnog twee nieuwe hypothecaire aanvragen (met spoed) kunnen indienen zonder de overwaarde van de gezamenlijke woning mee te nemen. Immers, in de koopovereenkomst was opgenomen dat het financieringsvoorbehoud van toepassing was op een financiering van 100 procent van de marktwaarde van de gekochte woning.

“Tussen partijen is niet in geschil dat de hypothecaire lening zonder die overwaarde niet passend was en in dat geval had de adviseur mogelijk nog tijdig twee afwijzingen kunnen verkrijgen. De adviseur valt te verwijten dat zij hiertoe in het geheel geen poging heeft ondernomen en dat zij deze optie ook niet aan de consument heeft voorgelegd.

“De adviseur stelt dat uitvoerig en duidelijk met de consument is gesproken over mogelijke ontbinding van de koopovereenkomst, maar dat de consument hier zelf geen gebruik van wilde maken. De consument heeft dit betwist. Het verweer van de adviseur slaagt niet. Dat de adviseur uitvoerig met de consument heeft gesproken over ontbinding van de koopovereenkomst blijkt nergens uit. Uit de door de adviseur overgelegde gespreksnotitie blijkt niet dat is gesproken over de mogelijkheid om alsnog een beroep te doen op de ontbindende voorwaarde.

“De commissie acht het ook onwaarschijnlijk dat als partijen hierover uitvoerig zouden hebben gesproken, de adviseur nergens schriftelijk zou hebben vastgelegd dat de consument geen gebruik wilde maken van de ontbindende voorwaarde, ondanks expliciete waarschuwing voor de risico’s. Deze stelling is bovendien innerlijk tegenstrijdig met de stelling van de adviseur dat het niet is besproken. Het was immers volgens de adviseur, vanwege het niet kunnen verkrijgen van afwijzingen, niet mogelijk om een beroep te doen op de ontbindende voorwaarde. De adviseur heeft bewijs aangeboden van de stelling dat zij hierover met de consument heeft gesproken, maar heeft naar het oordeel van de commissie gezien het voorgaande onvoldoende concrete stellingen ingenomen om tot bewijs te worden toegelaten.

"Gezien het voorgaande is de adviseur tekortgeschoten in de op haar rustende zorgplicht, doordat zij de consument niet nadrukkelijk heeft gewezen op de mogelijke gevolgen van het laten verlopen van de ontbindingsmogelijkheid in het koopcontract, en niet expliciet de mogelijkheid heeft geadviseerd of heeft geboden alsnog een beroep te doen op de ontbindende voorwaarde, althans daartoe in ieder geval een poging te ondernemen.”

50/50

De commissie rekent de schade met betrekking tot de boete voor 50 procent aan de adviseur en voor 50 procent aan de consument toe. Dit betekent dat de adviseur een bedrag van 34.386,70 euro aan de consument dient te vergoeden en dat de schade voor het overige voor rekening van de consument blijft.

Reactie toevoegen

 
Adviseur moet nagaan of polis correct is opgemaakt

Adviseur moet nagaan of polis correct is opgemaakt

(Kifid-uitspraak GC 2023-0919) Bij het afsluiten van een verzekering moet de tussenpersoon de aspirant-verzekeringnemer informeren over de precieze economische gevolgen...

Beroepsfout van bijna 90 mille, maar consument klaagt te laat

Beroepsfout van bijna 90 mille, maar consument klaagt te laat

(Rechtspraak) De adviseur sloot abusievelijk geen ORV af voor de consument, maar deze klaagde te laat. Tot dat oordeel komt de Rechtbank Noord-Holland. De consument...

Adviseur hoeft gegevens niet tot in detail te beoordelen

Adviseur hoeft gegevens niet tot in detail te beoordelen

(Kifid-uitspraak GC 2023-0912) De adviseur heeft voor de consumenten een aanvraag voor een hypothecaire geldlening ingediend bij een geldverstrekker. De consumenten...

Onzorgvuldigheid kost adviseur 20 mille

Onzorgvuldigheid kost adviseur 20 mille

(Kifid-einduitspraak GC 2023-0726B) In de tussenuitspraak heeft de Geschillencommissie geoordeeld dat de adviseur zijn zorgplicht heeft geschonden door na te laten...

Leren van Kifid-uitspraken hypotheken VVP 6-2023

Leren van Kifid-uitspraken hypotheken VVP 6-2023

(Leren van Kifid-uitspraken Hypotheken, Ken je vak! VVP 6-2023) Reikwijdte advies bij nieuwbouw HYPOTHEKEN – De consumenten wenden zich op enig moment...

Inbouwkookplaat is opstal, geen inboedel

Inbouwkookplaat is opstal, geen inboedel

(Kifid-uitspraak GC 2023-0909) Door een gevallen olijffles is er schade ontstaan aan de inbouwkookplaat van de consumenten. De verzekeraar dekt deze schade niet...

Geen schade ondanks premiestijging

Geen schade ondanks premiestijging

(Kifid-uitspraak GC 2023-0893) De verzekeraar heeft de consumenten pas geruime tijd na de renteverlaging van de hypotheek geïnformeerd dat ook de rentevergoeding...

Geen recht op duurzaamheidskorting

Geen recht op duurzaamheidskorting

(Kifid-uitspraak GC 2023-0894) De consument en zijn (inmiddels ex-)partner hebben in 2020 bij Florius een hypothecaire geldlening afgesloten met een rentevastperiode...

Verzaken zorgplicht inzake ORV kost adviseur 156.000 euro

Verzaken zorgplicht inzake ORV kost adviseur 156.000 euro

(Kifid-uitspraak GC 2023-0898) Heeft de adviseur uitvoering gegeven aan zijn waarschuwingsplicht? Uit de beschikbare documentatie blijkt niet dat de adviseur de...

DAS niet gehouden tot vergoeding meerkosten Kifid-procedures

DAS niet gehouden tot vergoeding meerkosten Kifid-procedures

(Rechtspraak) DAS hoeft de advocaatkosten van een klager bij Kifid niet verder te vergoeden dan volgens het Kifid-reglement. Dat oordeelt de kantonrechter. Volgens...