Klagen acht jaar na wijziging beroepsklasse is te laat

Document via Pixabay

(Kifid-uitspraak GC 2022-0928) De consument stelt dat de adviseur hem onjuist heeft geïnformeerd over de wijziging van de beroepsklasse op zijn arbeidsongeschiktheidsverzekering. De Geschillencommissie is van oordeel dat de consument in 2013 had kunnen (en moeten) opmaken dat de beroepsklasse was gewijzigd. Door hierover pas in 2021 te klagen is de tussenpersoon in zijn belangen geschaad. De commissie concludeert dat de consument te laat heeft geklaagd in de zin van artikel 6:89 BW en daarom geen beroep meer kan doen op het door hem gestelde gebrek in de prestatie van de adviseur. De klacht van de consument is ongegrond.

De commissie: “De consument heeft na de wijziging van de beroepsklasse in 2013 een nieuw polisblad ontvangen. Uit het polisblad had de consument kunnen (en moeten) opmaken dat de beroepsklasse was gewijzigd van klasse 4 naar klasse 3 en dat sprake was van ‘maximaal tien procent meewerkend’.

“Indien de consument van mening was dat dit niet juist was, had het op zijn weg gelegen om zich na ontvangst van het polisblad tot de adviseur te wenden. De consument stelt dat hij het polisblad niet heeft bekeken, maar van een consument mag verwacht worden dat hij de aan hem verstrekte documentatie aandachtig doorleest en dat hij daarover zo nodig kritische vragen stelt.

“De consument heeft vervolgens pas (bijna) acht jaar later, in oktober 2021, bij de adviseur geklaagd over de wijziging van de beroepsklasse. De adviseur voert terecht aan dat hij hierdoor in zijn belangen is geschaad. In 2013 had de adviseur de beroepsklasse nog zonder gevolgen kunnen aanpassen. In 2021 was dit niet meer aan de orde omdat de consument in 2015 geruime tijd last heeft gehad van zijn rug en later is geopereerd aan een liesbreuk. Door pas na (bijna) acht jaar te klagen, heeft de consument de adviseur op dit punt benadeeld.”

Artikel 6:89 BW

De adviseur heeft als meest verstrekkend verweerpunt naar voren gebracht dat de consument te laat heeft geklaagd in de zin van artikel 6:89 BW. In artikel 6:89 BW staat dat een schuldeiser geen beroep kan doen op een gebrek in de prestatie van een contractuele wederpartij, wanneer hij niet binnen bekwame tijd nadat hij het gebrek heeft ontdekt of redelijkerwijs had moeten ontdekken bij de wederpartij heeft geprotesteerd. Hiervoor geldt geen vaste termijn. De termijn is afhankelijk van alle omstandigheden van het geval. Relevant zijn onder meer de waarneembaarheid van het gebrek, de deskundigheid van partijen, de onderlinge verhouding van partijen, de aanwezige juridische kennis en de behoefte aan voorafgaand deskundig advies.

De tijd die is verstreken tussen het moment dat het gebrek in de prestatie is of had moeten worden ontdekt en het indienen van een klacht is weliswaar een belangrijke factor, maar niet doorslaggevend. Van belang is ook of de wederpartij door het tijdsverloop in zijn belangen is geschaad.

Reactie toevoegen

 
Meer over
Het spel en de knikkers

Het spel en de knikkers

(Annemieke Postema, AOVdokter, in Ken je vak! in VVP 1-2024) Bij een arbeidsongeschiktheidsverzekering draait het niet alleen om het spel, maar ook om de knikkers....

Hypotheekadviseur voerde onvoldoende regie

Hypotheekadviseur voerde onvoldoende regie

(Kifid-uitspraak GC 2024-0118) De consumenten hebben de adviseur ingeschakeld voor advies en bemiddeling inzake het oversluiten van hun bestaande hypothecaire geldlening....

Toezegging van dekking weegt zwaarder dan voorwaarden

Toezegging van dekking weegt zwaarder dan voorwaarden

(Kifid-uitspraak GC 2024-0109) De Geschillencommissie oordeelt dat de verzekeringsvoorwaarden geen recht geven op dekking, maar dat de consument uit het telefoongesprek...

Consumenten wisten niet dat zij overeenkomst tot opdracht ondertekenden

Consumenten wisten niet dat zij overeenkomst tot opdracht ondertekenden

(Kifid-uitspraak GC 2024-0111) Met toepassing van de wettelijke bewijsregels oordeelt de Geschillencommissie dat de adviseur onvoldoende heeft bewezen dat de consumenten...

Geheugenverlies klager wil er bij Geschillencommissie niet in

Geheugenverlies klager wil er bij Geschillencommissie niet in

(Kifid-uitspraak GC 2024-0106) Met de verzekeraar is de Geschillencommissie van oordeel dat de consument heeft geprobeerd de verzekeraar opzettelijk te misleiden...

Volgende verzekeraar struikelt over 'duurzame informatiedrager'

Volgende verzekeraar struikelt over 'duurzame informatiedrager'

(Kifid-uitspraak GC 2024-0101) De Geschillencommissie heeft ambtshalve getoetst aan de Richtlijn betreffende verkoop op afstand van financiële diensten aan...

Commissie van Beroep laat verzekeraar tuinschade alsnog vergoeden

Commissie van Beroep laat verzekeraar tuinschade alsnog vergoeden

(Kifid-uitspraak CvB 2024-0007) De consument heeft twee akkoordverklaringen ondertekend, voor schade aan de inboedel en voor schade aan opstal en tuin. Daarna heeft...

Kifid: registratie van persoonsgegevens niet standaard acht jaar

Kifid: registratie van persoonsgegevens niet standaard acht jaar

De Commissie van Beroep van Kifid oordeelt in een dinsdag gepubliceerde uitspraak dat de bank bij registratie van persoonsgegevens niet standaard mag uitgaan van...

Geen disculperende stilstand

Geen disculperende stilstand

(Kifid-uitspraak GC 2024-.0061) De consument is betrokken geweest bij een aanrijding met een scooterrijder. Hij is van mening dat de scooterrijder, verzekerde van...

ORV splijt ex-partners

ORV splijt ex-partners

(Kifid-uitspraak GC 2024-0062) Consument is het niet eens met het feit dat zijn ex-echtgenote een overlijdensrisicoverzekering op zijn leven heeft gesloten. Hij...