Verzekeraar hoeft 'brandend huis' niet te verzekeren

Kifid LOGO 2017

Verzekeraars zijn niet gehouden om verzekerden die op 1 januari 2014 reeds ziek waren de mogelijk te bieden van verlenging van de uitkeringstermijn van hun aov. Dat bevestigt de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (Kifid) nog eens in Uitspraak 2017-538..

Consument had in het verleden een arbeidsongeschiktheidsverzekering afgesloten met als einddatum de 65-jarige leeftijd. Met deze einddatum werd geoogd aan te sluiten op de begindatum van de AOW-uitkering. De
overheid echter heeft de AOW-leeftijd verhoogd. Verzekeraar (Loyalis, red.) heeft per 1 januari 2014 de verzekering aangepast aan die hogere AOW-leeftijd. Voor die aanpassing komen alleen verzekerden in aanmerking die op 1 januari 2014 nog niet ziek waren. Verzekerden die al wel ziek waren, zijn van de aangepaste regeling uitgezonderd. Consument valt hierdoor in een ‘gat’ van in zijn geval 12 maanden en wenst voortzetting van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering tot zijn 66-jarige leeftijd. De Commissie is van oordeel dat "aan de verzekering geen aanspraak op aanvullende uitkering kan worden ontleend. Verzekeraar is niet
gehouden om verzekerden die op 1 januari 2014 reeds ziek waren de mogelijk te bieden van verlenging van de uitkeringstermijn. De vordering wordt afgewezen".

 

Naar het oordeel van de Commissie staat het "verzekeraar vrij om de grenzen te bepalen van de risico’s waartegen hij wel en waartegen hij geen dekking wenst te verlenen. Zie HR 9 juni 2006, NJ 2006, 326. Verzekeraar mocht er dus voor kiezen om verzekerden, die op 1
januari 2014 reeds ziek waren en een arbeidsongeschiktheidsuitkering ontvingen, niet de mogelijkheid te bieden van verlenging van de uitkeringstermijn tot voorbij de in de Voorwaarden vastgelegde einddatum tot de ingangsdata van hun AOW-uitkering. Zie
Geschillencommissie 9 juli 2015, GC 2015-208.
"Bij de beoordeling van de keuze van Verzekeraar speelt naast een - naar de Commissie aannemelijk voorkomt - aanzienlijk stijgende last, een wellicht te omvangrijke solvabiliteitsreserve en de omstandigheid dat de premie die de op 1 januari 2014 reeds zieke
verzekerden betalen/betaalden gebaseerd is op de in hun polissen vermelde eindleeftijd van ten hoogste 65, ook een rol dat bij het aangaan van een (nieuwe) verzekering sprake moet zijn van onzekerheid (artikel 7:925 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW)).

"Dit is één van de essentiële kenmerken van een verzekeringsovereenkomst. Onzeker moet zijn of, wanneer en in hoeverre de verzekeraar gehouden zal zijn tot het doen van uitkeringen, dan wel wat de duur is van de door de verzekeringnemer verschuldigde periodieke premiebetaling. Bij verzekerden die op 1 januari 2014 al ziek waren, heeft het verzekerde risico zich al verwezenlijkt en is dus geen sprake meer van een onzeker voorval.
"De vraag of Verzekeraar een verboden onderscheid maakt tussen zieke en niet zieke verzekerden beantwoordt de Commissie ontkennend. Verzekeraar heeft voor het door hem gemaakte onderscheid tussen verzekerden die op 1 januari 2014 reeds ziek waren enerzijds
en verzekerden die op die datum niet ziek waren anderzijds voldoende zwaarwegende argumenten aangevoerd, die de conclusie rechtvaardigen dat van een door de wet verboden onderscheid geen sprake is." 

Reactie toevoegen

 
Meer over
Leren van Kifid-uitspraken VVP 1-2024

Leren van Kifid-uitspraken VVP 1-2024

(Uit Ken je vak! in VVP 1-2024) ‘mijnomgeving’ geen duurzame informatiedrager INFORMATIEVERSTREKKING – Kifid oordeelt geregeld dat informatie...

Het spel en de knikkers

Het spel en de knikkers

(Annemieke Postema, AOVdokter, in Ken je vak! in VVP 1-2024) Bij een arbeidsongeschiktheidsverzekering draait het niet alleen om het spel, maar ook om de knikkers....

Hypotheekadviseur voerde onvoldoende regie

Hypotheekadviseur voerde onvoldoende regie

(Kifid-uitspraak GC 2024-0118) De consumenten hebben de adviseur ingeschakeld voor advies en bemiddeling inzake het oversluiten van hun bestaande hypothecaire geldlening....

Toezegging van dekking weegt zwaarder dan voorwaarden

Toezegging van dekking weegt zwaarder dan voorwaarden

(Kifid-uitspraak GC 2024-0109) De Geschillencommissie oordeelt dat de verzekeringsvoorwaarden geen recht geven op dekking, maar dat de consument uit het telefoongesprek...

Consumenten wisten niet dat zij overeenkomst tot opdracht ondertekenden

Consumenten wisten niet dat zij overeenkomst tot opdracht ondertekenden

(Kifid-uitspraak GC 2024-0111) Met toepassing van de wettelijke bewijsregels oordeelt de Geschillencommissie dat de adviseur onvoldoende heeft bewezen dat de consumenten...

Geheugenverlies klager wil er bij Geschillencommissie niet in

Geheugenverlies klager wil er bij Geschillencommissie niet in

(Kifid-uitspraak GC 2024-0106) Met de verzekeraar is de Geschillencommissie van oordeel dat de consument heeft geprobeerd de verzekeraar opzettelijk te misleiden...

Volgende verzekeraar struikelt over 'duurzame informatiedrager'

Volgende verzekeraar struikelt over 'duurzame informatiedrager'

(Kifid-uitspraak GC 2024-0101) De Geschillencommissie heeft ambtshalve getoetst aan de Richtlijn betreffende verkoop op afstand van financiële diensten aan...

Commissie van Beroep laat verzekeraar tuinschade alsnog vergoeden

Commissie van Beroep laat verzekeraar tuinschade alsnog vergoeden

(Kifid-uitspraak CvB 2024-0007) De consument heeft twee akkoordverklaringen ondertekend, voor schade aan de inboedel en voor schade aan opstal en tuin. Daarna heeft...

Kifid: registratie van persoonsgegevens niet standaard acht jaar

Kifid: registratie van persoonsgegevens niet standaard acht jaar

De Commissie van Beroep van Kifid oordeelt in een dinsdag gepubliceerde uitspraak dat de bank bij registratie van persoonsgegevens niet standaard mag uitgaan van...

Geen disculperende stilstand

Geen disculperende stilstand

(Kifid-uitspraak GC 2024-.0061) De consument is betrokken geweest bij een aanrijding met een scooterrijder. Hij is van mening dat de scooterrijder, verzekerde van...