Jacht op adviseur geopend?

Kifid 2017 (deel logo)

BEHEER – Terecht was er de afgelopen weken veel aandacht voor uitspraken GC 2019-623 en -625. De Geschillencommissie stelt hierin nogmaals dat de adviseur gehouden is zijn klanten te wijzen op premiedalingen. Nieuw is echter dat dit naar de mening van de Commissie sowieso moet op grond van Wft-artikel 4:20 lid 3. Als deze interpretatie stand houdt, heeft dat grote gevolgen voor de financieel adviseur.

Juist vanwege het grote belang heeft de Commissie de mogelijkheid opengesteld om in beroep te gaan. De adviseur (VLIEG) uit uitspraak 625 heeft inmiddels aangekondigd dit te doen. Er is dus kans dat de Commissie van Beroep van Kifid de interpretatie door de Geschillencommissie van Wftartikel 4:20 lid 3 weerlegt. Maar hebben adviseurs dan ook werkelijk reden tot juichen?

Tot nu toe was de redenering: er is niets aan de hand als het bewaken van premieontwikkelingen niet nadrukkelijk overeengekomen is met de consument. In september deed de Geschillencommissie echter een onderbelicht gebleven uitspraak die deze route op z’n minst hobbelig maakt. Dat wil zeggen: als consumenten in actie komen.

Het betreft uitspraak GC 2019-206. In deze uitspraak wijst de Commissie de consument een bedrag van 4.415,63 euro toe. De Commissie concludeert dat de adviseur “is tekortgeschoten in zijn verplichtingen jegens Consument door niet periodiek de passendheid van het product voor Consument te toetsen en haar daarbij te wijzen op de mogelijkheid om een Ondernemers AOV af te sluiten”.

De consument sloot via haar adviseur HuninkDorgelo een AOV bij De Goudse. Zij heeft vervolgens jaarlijks bij de adviseur aangegeven de premie te hoog te vinden. Uiteindelijk heeft de vrouw zelf bij De Goudse een andere verzekering (een nieuw in de markt gezet product, Ondernemers AOV) gevonden tegen een veel lagere premie. In de procedure bij Kifid vorderde de consument een tegemoetkoming in de teveel door haar betaalde premie.

Cruciaal in deze uitspraak is dat de Commissie vindt dat een beheercontract er niet toe doet, zodra de consument zich roert. Zij schrijft: “Adviseur, zoals hij ter zitting heeft erkend, wist van het nieuwe product Ondernemers AOV dat Verzekeraar op 1 januari 2012 in de markt heeft gezet. In aanmerking genomen de wens van Consument om minder premie te gaan betalen – zij heeft dit jaarlijks bij Adviseur aangegeven – had het in dit specifieke geval in de rede gelegen dat Adviseur in zijn hoedanigheid van tussenpersoon Consument over dit nieuwe product zou hebben geïnformeerd en dat hij bij Verzekeraar zou hebben nagevraagd of Consument in aanmerking zou kunnen komen voor deze nieuwe verzekering, ook al was er in 2012 nog geen beheercontract en maakt deze vorm van dienstverlening geen onderdeel uit van het in 2016 getekende beheercontract. Eén telefoontje was genoeg geweest.”

Dus ook al is regelmatige toetsing géén onderdeel van de overeenkomst met de klant, één mailtje van de consument aan de adviseur met het verzoek uit te kijken naar een lagere premie of beter passend product en de adviseur zal wel moeten. Nu zullen de meeste individuele klanten er niet aan denken hun adviseur te mailen met de vraag om een lagere premie of beter passend product. Maar wat als de consumentenorganisaties wakker worden en het vuurtje opstoken?

– Uitspraak GC 2019-206

Reactie toevoegen

 
Editie
Laatste woord over ‘duurzame drager’ in Mijn-omgeving nog niet gezegd

Laatste woord over ‘duurzame drager’ in Mijn-omgeving nog niet gezegd

Vanwege het principiële karakter mag Achmea toch beroep aantekenen tegen Kifid-uitspraak GC 2023-0988, waarin de Geschillencommissie oordeelt dat het verstrekken...

Consument moet kennis kunnen nemen van voorwaarden

Consument moet kennis kunnen nemen van voorwaarden

(Kifid-uitspraak GC 2024-0157) De Geschillencommissie is van oordeel dat de consument namens de VvE onvoldoende kennis heeft kunnen nemen van de verzekeringsvoorwaarden....

Struikelen over je eigen voeten is niet onrechtmatig

Struikelen over je eigen voeten is niet onrechtmatig

(Kifid-uitspraak GC 2024-0161) De Geschillencommissie overweegt dat een gedraging pas onrechtmatig is wanneer de mate van waarschijnlijkheid van schade zo groot...

Schending zorgplicht kost adviseur 20 mille

Schending zorgplicht kost adviseur 20 mille

(Kifid-uitspraak GC 2024-0152) De Geschillencommissie is van oordeel dat de adviseur bij het verzamelen van stukken voor de hypotheekaanvraag ten onrechte te veel...

Wens verzekeraar 'Vergeet ons niet' komt uit

Wens verzekeraar 'Vergeet ons niet' komt uit

(Kifid-uitspraak GC 2024-0145) Dat de verzekeraar de rechtsbijstandspolis toch verlengde, is zijn eigen schuld. De verzekering moet worden voortgezet. Aldus de Geschillencommissie,...

Kifid: alleen voorwaarden verstrekt via duurzame drager zijn rechtsgeldig

Kifid: alleen voorwaarden verstrekt via duurzame drager zijn rechtsgeldig

(Kifid- bindende uitspraak GC 2024-0125) Een verzekeraar (in dit geval Centraal Beheer) kan zich niet beroepen op een nieuwe voorwaarde in de verzekering als een...

Hypotheekadviseur deed onjuiste mededelingen

Hypotheekadviseur deed onjuiste mededelingen

(Kifid-uitspraak GC 2024-0141A) Naar aanleiding van adviezen en uitspraken van de adviseur ten aanzien van de hypothecaire geldlening heeft de consument een bod...

Schending zorgplicht kost ING 45 mille

Schending zorgplicht kost ING 45 mille

(Kifid-uitspraak GC 2023-0782B) Kifid laat ING 45.000 euro aan de consument vergoeden wegens schending van de zorgplicht als adviseur. Het is het eindoordeel in...

Vertraging bij aanvraag niet de schuld van hypotheekadviseur

Vertraging bij aanvraag niet de schuld van hypotheekadviseur

(Kifid-uitspraak GC 2024-0126) De consument heeft een hypothecaire geldlening aangevraagd voor een nieuwe woning. Haar echtgenoot heeft een onderneming die op dat...

Leren van Kifid-uitspraken Hypotheken VVP 1-2024

Leren van Kifid-uitspraken Hypotheken VVP 1-2024

(NVHP in Ken je vak! in VVP 1-2024) Kifid verwacht dat adviseur notities maakt DOSSIERVORMING - Wanneer er een discussie tussen een klant en een financieel...