Kifid: opzettelijke misleiding loont niet

Kifid 2017 (deel logo)

Een verzekeraar die na een ongeval namens zijn verzekerde aansprakelijkheid erkent voor de schade van de tegenpartij moet de vaststaande schade in beginsel vergoeden, ook als de tegenpartij heeft gefraudeerd. Om de schade aannemelijk te maken is bewijs dat alleen is terug te voeren op verklaringen van de consument als tegenpartij niet voldoende, als is gebleken dat de consument eerder opzettelijk onjuiste informatie heeft gegeven.

Dit blijkt uit twee vandaag gepubliceerde uitspraken van de Geschillencommissie Kifid. In beide klachtzaken tegen ASR en Nationale-Nederlanden zijn de consumenten als tegenpartij zogenoemde ‘derde benadeelden’ die de betrokken verzekeraars opzettelijk hebben misleid om zo een (hogere) schadevergoeding te krijgen dan waar zij recht op hadden. De verzekeraars mochten om die reden de persoonsgegevens van de consumenten opnemen in de interne en externe waarschuwingssystemen.

De uitspraak GC 2021-0483 in een klachtzaak van een consument tegen a.s.r. is bindend. De uitspraak GC 2021-0484 in een klachtzaak tegen Nationale-Nederlanden is op verzoek van betrokken consument niet-bindend.

In de ene klachtzaak is de consument, werkzaam als elektricien, zowel in 2016 als in 2018 slachtoffer van een verkeersongeval. Nationale-Nederlanden is voor beide ongevallen de WAM-verzekeraar en erkent in beide zaken de aansprakelijkheid van zijn verzekerden. Tijdens de schadeafhandeling constateert de verzekeraar dat deze consument, de zogenoemd derde-benadeelde, tegenstrijdige verklaringen geeft over zijn letsel. Hij probeert zo een hogere schadevergoeding te krijgen dan waar hij recht op heeft.

In de andere klachtzaak is de consument een scooterrijder die betrokken raakt bij een verkeersongeval. Hier is ASR de WAM-verzekeraar die aansprakelijkheid van zijn verzekerde erkent. Door het ongeval zou de scooterrijder onder meer een lager verdienvermogen hebben. Als tijdens de schadeafhandeling blijkt dat deze consument betrokken is bij meerdere schadeclaims, stelt de verzekeraar een onderzoek in. Daaruit blijkt dat de bij ASR ingediende werkgeversverklaring ook bij andere schadeclaims is ingediend en dan wordt duidelijk dat de werkgeversverklaring vals is.

De misleiding door de betrokken consumenten is voor de afzonderlijke verzekeraars reden om de schaderegeling stop te zetten en de persoonsgegevens voor respectievelijk zes jaar (zaak elektricien) en acht jaar (zaak scooterrijder) op te nemen in de externe waarschuwingsregisters: Incidentenregister en Extern Verwijzingsregister. Van de incidentenregistratie wordt melding gemaakt bij het Centrum Bestrijding Verzekeringscriminaliteit (CBV). De verzekeraar in de zaak van de scooterrijder registreert de persoonsgegevens van de consument ook intern in de Gebeurtenissenadministratie en het Intern Verwijzingsregister. Daarnaast willen de verzekeraars de onderzoekskosten en voor zover van toepassing de buitengerechtelijke kosten en advocaatkosten verhalen op de betrokken consumenten.

In beide klachtzaken concludeert de Geschillencommissie dat de consumenten de betrokken verzekeraars opzettelijk hebben misleid om zo een (hogere) schadevergoeding te krijgen terwijl zij daar geen recht op hebben. Deze fraude rechtvaardigt dat de verzekeraar de persoonsgegevens van de betrokken consument mag opnemen in genoemde waarschuwingssystemen.

Vaststaande schade en smartengeld

Is er sprake van een zwaardere verdenking dan een vermoeden van fraude door de derde-benadeelde, dan zal de verzekeraar de schade die wel vaststaat in beginsel toch moeten vergoeden. Ook kan er recht bestaan op smartengeld. In de zaak van de elektricien is het duidelijk dat de man door het eerste verkeersongeval knieklachten heeft gekregen. Volgens de wet geeft dit de consument recht op smartengeld. De Geschillencommissie heeft dit naar billijkheid en rekening houdend met alle omstandigheden voor deze consument begroot op 10.000 euro. De verzekeraar moet dit bedrag alsnog aan de consument vergoeden, evenals de door een expert vastgestelde autoschade van 2.045 euro die door het tweede ongeluk is veroorzaakt. De consument claimt echter meer schade, waaronder psychische schade. De Geschillencommissie oordeelt dat deze schade onvoldoende aannemelijk is geworden, omdat de stukken van de huisarts en de psycholoog zijn gebaseerd op verklaringen van de consument, die eerder al opzettelijk onjuiste informatie heeft gegeven. De Geschillencommissie vindt de verklaringen van de consument door de fraude niet geloofwaardig.
Wat het recht op schadevergoeding betreft volgt de Geschillencommissie in de zaak van de scooterrijder eenzelfde redenering. De scooterrijder heeft geen recht op het voorschot dat hij heeft ontvangen. Het voorschot is namelijk uitgekeerd op basis van de verklaring van de scooterrijder zelf dat hij schade heeft geleden, terwijl de Geschillencommissie oordeelt dat hij bewust onjuiste informatie aan de verzekeraar heeft gegeven. De verklaring van de scooterrijder is daardoor onvoldoende als bewijs. Andere objectieve gegevens waaruit blijkt dat de scooterrijder wel degelijk schade heeft geleden, zijn er niet. 

Verder heeft de Geschillencommissie in beide zaken ook beoordeeld of de verzekeraars kosten op de tegenpartij, de derde-benadeelden, mogen verhalen omdat zij hebben gefraudeerd.

 

 

Reactie toevoegen

 
Meer over
Kifid: geen tegenbewijs, geen aanvullende uitkering

Kifid: geen tegenbewijs, geen aanvullende uitkering

(Kifid-uitspraak GC 2023-0616) De consument heeft op 24 november 2021 bezwaar gemaakt tegen de beslissing van Achmea Schade (Interpolis) in 2005 om geen verdere...

Kifid: opnieuw ingediende klacht niet behandelbaar

Kifid: opnieuw ingediende klacht niet behandelbaar

(Kifid-uitspraak GC 2023-0615, bindend) De consument klaagt over de (totstandkoming van de) second opinion van met betrekking tot een rechtsbijstandverzekering van...

Kifid: terechte verwachting van consument is nog geen toezegging van de bank

Kifid: terechte verwachting van consument is nog geen toezegging van de bank

(Kifid-uitspraak GC 2023-0614) Consumenten doen bij ABN Amro een hypotheekaanvraag zonder advies. Ze hebben het idee dat de hypotheekaanvraag wordt toegewezen, maar...

Kifid: klacht over registratie deels niet-behandelbaar deels gegrond

Kifid: klacht over registratie deels niet-behandelbaar deels gegrond

(Kifid-uitspraak GC 2023-0587) De consument heeft een klacht ingediend over de registratie van zijn persoonsgegevens in het EVR door Nationale-Nederlanden Schade....

Kifid: klacht over late afwijzing financieringsaanvraag ongegrond

Kifid: klacht over late afwijzing financieringsaanvraag ongegrond

(Kifid-uitspraak GC 2023-0588) ASR heeft kort voor de overdracht een financieringsaanvraag afgewezen. Consumenten klagen bij Kifid over de communicatie van de verzekeraar...

Kifid: belang minderjarigen rechtvaardigt langere opzeggingstermijn

Kifid: belang minderjarigen rechtvaardigt langere opzeggingstermijn

(Kifid-uitspraak GC 2023-0389) Bij broker DEGIRO konden minderjarigen (via hun ouders) beleggingsdiensten afnemen. De broker fuseert met een Duitse bank. Enige tijd...

Kifid: redelijk vermoeden van fraude telt niet

Kifid: redelijk vermoeden van fraude telt niet

(Kifid-uitspraak GC 2023-0379, bindend) De Geschillencommissie Kifid is van oordeel dat verzekeraar Rhion de persoonsgegevens van de consument ten onrechte heeft...

Kifid wijst klacht over boeterente af

Kifid wijst klacht over boeterente af

(Kifid-uitspraak GC 2023-0134, bindend) De consumenten hebben Florius verzocht om de lopende rentevastperiode open te breken, waarna zij een aanbod is gedaan. De...

Kifid: verzekeraar hoeft klant niet te attenderen op voordeliger product

Kifid: verzekeraar hoeft klant niet te attenderen op voordeliger product

(Kifid-uitspraak GC 2023-0133) Een consument klaagt omdat hij voor zijn aov meer betaalt dan zijn broers in vergelijkbare omstandigheden. Ook heeft de verzekeraar...

ABN Amro verwijst niet naar Kifid, maar schendt zorgplicht niet

ABN Amro verwijst niet naar Kifid, maar schendt zorgplicht niet

(Kifid-uitspraak GC 2022-1007) ABN Amro heeft verzuimd een ontevreden klant te verwijzen naar Kifid (of de burgerlijke rechter), maar is daarmee niet tekortgeschoten...